Toen Esau dat van zijn vader hoorde, slaakte hij een wilde, wanhopige kreet en hij smeekte zijn vader:

‘Zegen mij, zegen ook mij, vader!’ Maar Isaak antwoordde:

‘Je broer is me komen bedriegen en is er met jouw zegen vandoor gegaan.’ Toen zei Esau:

‘Niet voor niets heet hij Jakob:

hij heeft me nu al twee keer beetgenomen. Eerst heeft hij me mijn eerstgeboorterecht afgenomen en nu ook nog mijn zegen!’ Daarna vroeg hij:

‘hebt u dan geen zegen meer over voor mij?’ Isaak antwoordde hem:

‘Ik heb hem heer en meester over je gemaakt, hem al zijn broers als dienaar gegeven, en hem voorzien van koren en wijn. Wat zou ik dan nog voor jou kunnen doen, mijn zoon?’ ‘Hebt u dan maar één zegen, vader?’ vroeg Esau hem. ‘Zegen mij, zegen ook mij, vader!’ En hij barstte in tranen uit. Zijn vader Isaak antwoordde hierop:

‘Ver van de vette grond zul je wonen, ver van de hemelse dauw. Je zult leven van je zwaard en dienstbaar zijn aan je broer. Maar heb je je eenmaal losgerukt, dan werp je zijn juk van je nek.’

Van toen af haatte Esau zijn broer omdat zijn vader hem had gezegend, en hij zei bij zichzelf:

Het duurt niet lang meer of de dagen van rouw om mijn vader breken aan, dan vermoord ik Jakob. Toen Rebekka vernam wat haar oudste zoon Esau van plan was, liet ze haar jongste zoon Jakob bij zich komen. ‘Luister,’ zei ze, ‘je broer Esau zint op wraak, hij wil je vermoorden. Doe daarom wat ik zeg, mijn zoon:

vlucht onmiddellijk naar mijn broer Laban in Charan. Blijf voorlopig bij hem, totdat de woede van je broer bedaard is. Ik zal je laten terughalen als zijn woede bekoeld is en hij vergeten is wat je hem hebt aangedaan. Waarom zou ik me op een en dezelfde dag van jullie beiden laten beroven?’

Daarna zei Rebekka tegen Isaak:

‘Ik kan die Hethitische vrouwen niet meer luchten of zien. Stel je voor dat Jakob ook trouwt met zo’n Hethitische, zo’n meisje van hier, wat heeft het leven mij dan nog te bieden?’

Loading

Lees ook deze Berichten:

Genesis 44:1-13 Jozefs broers opnieuw in Egypte 4
Genesis 3:1-13 De tuin van Eden 3
Genesis 7:1-16 Noach 2
Genesis 31:43-54-32:1 Jakob bij Laban 10
Genesis 7:17-24 Noach 3
Genesis 6:5-22 Noach 1
Genesis 38:1-14 Juda en Tamar 1
Genesis 34:1-12 Dina en Sichem 2
Genesis 24:15-30 Een vrouw voor Isaak 2
Genesis 24:58-67 Een vrouw voor Isaak 5
Genesis 25:1-11 Abrahams levenseinde
Genesis 21:22-34 Bondgenootschap met Abimelech
Genesis 6:1-4 Vermenging van goden en mensen
Genesis 12:1-9 Abram naar Kanaän
Genesis 9:18-29 Noach 7
Genesis 2:5-14 De tuin van Eden 1
Genesis 26:34-35 Jakob ontneemt Esau de zegen 1
Genesis 15:1-11 Abrams visioen 1
Genesis 8:15-22 Noach 5
Genesis 12:10-20-13:1 Abram en Sarai in Egypte
Genesis 39:21-23 De dromen van schenker en bakker ...
Genesis 22:20-24 Nakomelingen van Nachor
Genesis 30:33-43 Jakob bij Laban 6
Genesis 19:1-14 Sodom en Gomorra 4
Genesis 1:1-19 De schepping van hemel en Aarde 1
Genesis 42:29-38 Jozefs broers in Egypte 3
Genesis 25:19-34 Jakob en Esau
Genesis 44:14-23 Jozefs broers opnieuw in Egypte 5
Genesis 16:1-16 De geboorte van Ismaël
Genesis 49:1-15 Jakobs levenseinde 4
Genesis 37:12-25 Jozef verkocht en naar Egypte geb...
Genesis 18:23-33 Sodom en Gomorra 3
Genesis 23:10-20 Koop van een familiegraf 2
Genesis 36:20-30 Nakomelingen van Esau 2
Genesis 35:16-29 Jakob opnieuw in Betel 2
Genesis 30:1-18 Jakob bij Laban 4
Genesis 5:1-20 Van Adam tot Noach 1
Genesis 42:1-17 Jozefs broers in Egypte 1
Genesis 46:1-15 Jakob met al zijn nakomelingen naa...
Genesis 28:1-9 Jakob ontneemt Esau de zegen 5
Genesis 28:10-22 Jakobs droom in Betel
Genesis 24:31-44 Een vrouw voor Isaak 3
Genesis 29:15-30 Jakob bij Laban 2
Genesis 2:15-25 De tuin van Eden 2
Genesis 33:1-11 Jakob oog in oog met Esau 4
Genesis 11:10-26 Van Sem tot Abram
Genesis 32:2-16 Jakob oog in oog met Esau 1
Genesis 14:14-24 Lot door Abram bevrijd 2
Genesis 29:31-35 Jakob bij Laban 3
Genesis 27:1-19 Jakob ontneemt Esau de zegen 2
Genesis 41:47-57 De droom van de farao 4
Genesis 37:26-36 Jozef verkocht en naar Egypte geb...
Genesis 38:15-23 Juda en Tamar 2
Genesis 37:1-11 Jozef verkocht en naar Egypte gebr...
Genesis 36:1-19 Nakomelingen van Esau 1
Genesis 4:17-26 Adams zonen 2
Genesis 34:13-24 Dina en Sichem 3
Genesis 9:1-17 Noach 6
Genesis 1:20-31 De schepping van hemel en Aarde 2
Genesis 26:23-33 Isaak en Rebekka in Gerar 3
Genesis 39:9-20 Jozef en de vrouw van Potifar 2
Genesis 18:1-15 Sodom en Gomorra 1
Genesis 5:21-32 Van Adam tot Noach 2
Genesis 26:12-22 Isaak en Rebekka in Gerar 2
Genesis 22:15-19 Abraham op de proef gesteld 2
Genesis 33:12-17 Jakob oog in oog met Esau 5
Genesis 31:31-42 Jakob bij Laban 9
Genesis 38:24-30 Juda en Tamar 3
Genesis 17:15-27 Verbond tussen God en Abram 2
Genesis 29:1-14 Jakob bij Laban 1
0Shares